The Fluid Society

Supermachten: obstakels of sleutels tot een stabiele toekomst?

Inleiding. De wereld staat op een kantelpunt. Van geopolitieke spanningen tot klimaatverandering, van uitputting van natuurlijke hulpbronnen tot verlies aan biodiversiteit: de uitdagingen zijn immens. De gevolgen – waaronder groeiende migratiestromen, sociale onrust en economische onzekerheid – vragen om doortastend leiderschap. De vraag is of de supermachten, zoals de Verenigde Staten, China en Rusland, en in mindere mate India, Brazilië, in staat of bereid zijn de wereld gemeenschappelijk te leiden richting een vreedzame en duurzame toekomst. Tot nu toe lijken ze eerder obstakels dan oplossingen te vormen. Dit artikel onderzoekt waarom dit zo is, en wat er nodig is om het tij te keren.

Geopolitieke spanningen en ecologische crisis. De huidige mondiale problemen hebben een menselijke oorsprong. De economische groei die in de afgelopen decennia honderden miljoenen mensen uit de armoede heeft getild, heeft tegelijkertijd geleid tot grootschalige milieuschade, een wereldwijde overbevolking en een groeiende ongelijkheid. Het Internationaal Panel over Klimaatverandering (IPCC) waarschuwt al jaren dat de wereld een ecologisch verantwoorder pad moet inslaan om catastrofale gevolgen te voorkomen. Toch blijven veel regeringen, met name die van de supermachten, achter bij hun klimaatbeloftes. Noch zijn ze erg actief om andere grote vraagstukken, zoals dreigende overbevolking, verlies aan biodiversiteit, uitputting van grondstoffen, actief aan te pakken, anders dan het veiligstellen van eigen nationale belangen.

De geopolitieke concurrentie tussen landen, waaronder de spanningen tussen China en de VS of Rusland en Europa, heeft veelal voorrang op genoemde langetermijnvraagstukken. Deze concurrentie leidt tot stagnatie binnen instellingen zoals de Verenigde Naties en de Wereldhandelsorganisatie, die juist bedoeld zijn om samenwerking te bevorderen. Een sprekend voorbeeld is de blokkade van VN-resoluties door veto’s van permanente leden van de Veiligheidsraad.

Wereldleiders: macht of verantwoordelijkheid? Van wereldleiders mag worden verwacht dat zij de mensheid richting stabiliteit en duurzaamheid sturen. Platforms zoals de G7, G20 en de VN bieden mogelijkheden om gezamenlijke oplossingen te vinden. Toch lijken veel wereldleiders meer gericht op individuele nationale belangen dan op het oplossen van mondiale uitdagingen.

Zo heeft Rusland de afgelopen jaren herhaaldelijk zijn expansiedrift laten zien, bijvoorbeeld met de annexatie van de Krim, de gedeeltelijke bezetting van Georgie en de invasie in Oekraïne. China voert een steeds agressievere politiek ten opzichte van Taiwan en de Zuid-Chinese Zee. En de Verenigde Staten, met name onder voormalig president Trump, toonden zich bereid internationale verdragen zoals het Klimaatakkoord van Parijs op te zeggen. Daarnaast claimt president-elect Trump belangen voor de VS in Panama, Groenland en Canada. Deze acties illustreren hoe grootmachten vaak  meer prioriteit geven aan nationale macht en invloed boven de noodzaak om, al dan niet gemeenschappelijk, verantwoordelijkheid te nemen voor verantwoord beleid op wereldniveau.

Constructieve modellen: wat we kunnen leren. Naast de positie van supermachten zijn er echter ook geopolitieke systemen die juist gericht zijn op actieve supranationale samenwerking tussen landen. De Europese Unie (EU) biedt een positief alternatief. In de afgelopen tachtig jaar heeft de EU 27 landen verenigd in een vredes- en samenwerkingsmodel dat economische groei combineert met conflictpreventie. Hoewel niet zonder interne spanningen, heeft de EU bewezen dat vreedzame samenwerking mogelijk is tussen voormalige rivalen zoals Frankrijk en Duitsland. 

Ook elders ontstaan regionale samenwerkingsverbanden. In Afrika heeft de Afrikaanse Unie (AU) bijgedragen aan stabiliteit en economische vooruitgang door nadruk te leggen op Afrikaanse oplossingen voor Afrikaanse problemen. De ASEAN-landen in Azië werken samen op economisch en cultureel gebied, wat bijdraagt aan stabiliteit in een diverse regio.

Deze voorbeelden tonen aan dat samenwerking tussen landen, zelfs met verschillende belangen, positieve resultaten kan opleveren. Dit roept de vraag op waarom supermachten deze modellen niet navolgen. 

Hoe kan het anders? De huidige dominantie van supermachten in instellingen zoals de VN en het IMF belemmert vaak vooruitgang. Hervormingen van die instituten zijn nodig. Een mogelijk model is het versterken van supranationale instellingen, waarbij alle landen gelijkwaardiger vertegenwoordigd zijn, wellicht een belangrijkere stem voor regionale besturen als de EU, AU en ASEAN en het beperken van veto’s. Daarnaast zouden supermachten internationale rechtspraak moeten versterken door het Internationaal Strafhof te erkennen, ook voor supermachten, om daarmee het goede voorbeeld te geven.

Ook intern moeten supermachten hun beleid herzien. Het besef moet ontstaan dat de huidige competentiestrijd slechts verliezers kan opleveren voor de mensheid, het milieu en uiteindelijk henzelf. Dit betekent meer focus op duurzame ontwikkeling, geen expansiedrift meer en een actieve rol in mondiale samenwerking. Wereldleiderschap vereist verantwoordelijkheid die uitstijgt boven nationaal belang. De supermachten zullen hieraan moeten werken teneinde het vertrouwen van kleinere landen te verwerven en catastrofes te voorkomen in plaats van problemen te verergeren.

Conclusie. De uitdagingen van de 21e eeuw vragen om samenwerking, visie en moed. Supermachten hebben de middelen en invloed om positieve verandering te bewerkstelligen, maar hun huidige prioriteiten en nationale focus staan vaak haaks op de wereldwijde noodzaak tot gemeenschappelijke oplossingen te komen voor de grote wereldvraagstukken op gebieden als duurzaamheid, klimaatproblemen, verlies aan biodiversiteit, dreigende overbevolking en overconsumptie.

Modellen van regionale samenwerking, zoals de EU, AU en ASEAN, bieden hoop. Het is aan de supermachten om deze voorbeelden serieus te nemen en te werken aan een vertrouwenwekkende vorm van leiderschap die niet gebaseerd is op macht, maar op wereldwijde verantwoordelijkheid en samenwerking. Zonder zo’n verschuiving dreigt de wereld in een escalerende chaos te vervallen – een scenario dat ook voor de supermachten geen goed perspectief is.

image_pdfDownload in PDF

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ontdek meer van The Fluid Society

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder