Er is op dit moment weer veel te doen over AI: Artificial Intelligence of Kunstmatige Intelligentie. Recentelijk kocht Microsoft ChatGPT een AI systeem dat op grond van vragen een uitvoerig en onderbouwd antwoord genereert, zodanig geformuleerd dat het lijkt alsof een expert met veel kennis van zaken het antwoord heeft gegeven. Microsoft wil het systeem gaan koppelen aan hun zoeksysteem, met als gevolg dat zoeken op internet nog eenvoudiger wordt, dat lastige vragen gesteld kunnen worden waarop beredeneerde en gebalanceerde antwoorden komen, alsook complete teksten die direct voor publicatie geschikt zijn. Een revolutie in de wereld van de zoekmachines is daarmee gegarandeerd.
Inmiddels is het al zover dat studenten ChatGPT gebruiken om afstudeer scripties te genereren, terwijl journalisten experimenteren met door ChatGPT geschreven artikelen. Duizenden mensen zijn op dit moment bezig het systeem uit te testen op antwoorden op slimme vragen. Zo wordt bijvoorbeeld geëxperimenteerd met het samenstellen van geïndividualiseerde reizen, die intelligent ingaan op de wens van een klant en inmiddels een complete reisbrochure opleveren. Of mensen kunnen zoeken naar optimale woon-, werkomgevingen op grond van hun input. Of je kunt artikelen laten schrijven over tal van onderwerpen, die je bezighouden. Het schrijven van al dan niet lange teksten voor artikelen kan wel eens heel eenvoudig gaan worden en zou zo maar een grote categorie journalisten of communicatiemedewerkers of zelfs informatieve bladen kunnen gaan verdringen.
Kortom: alles wat met het schrijven van teksten te maken heeft, en dat is in vrijwel ieder vakgebied van belang, zal heftig in beroering komen door deze nieuwe techniek. Maar dat was ook al zo, destijds, met de komst van de wordprocessor, waardoor een categorie secretaresses overbodig werd of ander werk kreeg. Dat was ook al zo met de komst van zoekmachines, waardoor naslagwerken en encyclopedieën ineens overbodig werden en ook de reiswereld en de wereld van de dag- en weekbladen op zijn kop werd gezet. Is er een reden waarom we deze techniek, anders dan dat er weer een nieuwe techniek beschikbaar is, als bedreigend moeten beschouwen voor de maatschappij?
Het venijn zit primair natuurlijk in de suggestie die de naam van deze techniek oproept. De term “kunstmatige intelligentie”. Wel kunstmatig is het zeker, het is een vernuftig systeem van algoritmes dat in razend tempo doet waar mensen jaren monnikenarbeid voor nodig hebben. Maar de hamvraag is: is hier sprake van intelligentie? Daar mag gerust aan getwijfeld worden. De enthousiaste ontwikkelaars proberen iedereen er van te overtuigen dat deze techniek in staat is tot dingen waar de mens zelf niet toe in staat is, zodat AI systemen op tal van gebieden mensen zullen overklassen. En daar hebben ze deels gelijk in. Schaken kunnen computers beter dan mensen, omdat het gaat over vaste algoritmes op een beperkt gebied. Ongetwijfeld ook kunnen bijvoorbeeld medische AI systemen nauwkeuriger diagnoses stellen dan artsen, voor zover het althans gaat om het nazoeken van allerlei mogelijke oorzaken van een aandoening. Immers geen arts kan alle kennis paraat hebben, die kan leiden tot een diagnose, waarover een medisch AI systeem, mits goed ingesteld, kan beschikken. En wie gaat er tegenwoordig niet naar de huisarts met een onduidelijke aandoening, zonder al vast zelf in Google gezocht te hebben wat het zou kunnen zijn? Ongetwijfeld kunnen AI systemen gekoppeld aan zoeksystemen ook op het gebied van het recht, op technisch gebied, op onderwijs gebied vormen van informatie en achtergrond- kennis bieden, die de beroepsbeoefenaren geweldig kunnen helpen in hun werk. En dat bovendien in mooie, duidelijke tekst. Wat te denken bijvoorbeeld van automatisch gegenereerde gebruiksaanwijzingen voor apparaten?
Maar daarmee is nog steeds niet de vraag beantwoord of hier sprake is van een intelligent systeem. Ik zou intelligentie breder willen definiëren dan in staat te zijn complexe spelletjes te spelen, die immers vaste regels hebben, dan wel om in hoog tempo zaken geordend uit te zoeken (diagnoses stellen bijvoorbeeld). Bij wat de meeste mensen als intelligent beschouwen horen de begrippen bewustzijn, creativiteit en wellicht emotie. Mogelijkheden van de geest die in staat is een onderwerp in een bredere context te duiden, om naast rationaliteit de gevoelskant tot uitdrukking te brengen, om relaties te leggen tussen onderwerpen, die van nature onderling niet verbonden zijn. Allemaal zaken waar een computer niet geschikt voor is noch zal worden in de nabije toekomst.
De vraag is nu of een computer die beter schaakt dan een schaakmeester intelligenter is dan de schaakmeester. Je zou kunnen zeggen dat de computer in de beperkte context van schaken intelligenter is dan de schaakmeester. Maar diezelfde computer is zeker niet intelligenter dan de schaakmeester op tal van andere terreinen. Het lijkt daarom onjuist om te stellen dat een computer intelligenter is dan een schaakmeester.
Maar wat vindt de computer zelf van dit vraagstuk ? ChatGPT gevraagd naar de intelligentie computers geeft zelf het volgende antwoord:
“Over de vraag of computers als intelligent kunnen worden beschouwd, wordt door deskundigen nog steeds gediscussieerd. Sommigen beweren dat computers als intelligent kunnen worden beschouwd voor zover zij taken kunnen uitvoeren die normaal gesproken intelligentie op menselijk niveau vereisen, zoals het spelen van complexe spelletjes zoals schaken of Jeopardy. Anderen beweren echter dat echte intelligentie niet alleen het vermogen vereist om specifieke taken uit te voeren, maar ook zaken als bewustzijn, emoties en subjectieve ervaringen, die computers momenteel ontberen.
Of een computer als intelligent kan worden beschouwd is uiteindelijk een kwestie van perspectief en hangt af van hoe men intelligentie definieert. Maar men is het er algemeen over eens dat computers niet intelligent zijn in de zin dat zij hun eigen gedachten, gevoelens of bewustzijn hebben, maar eerder een systeem van algoritmen zijn die informatie kunnen verwerken en outputs produceren op basis van hun programmering”.
Tot zover ChatGPT. De conclusie moet zijn dat AI, kunstmatige intelligentie, wel kunstmatig is maar niet intelligent uitgaande van de boven genoemde bredere definitie. In die zin is het een misleidende term, geboren uit het enthousiasme van de uitvinders van AI. Maar wat we ook van de intelligentie van AI mogen vinden, de vraag blijft boven de markt hangen: vormt AI als onderdeel van zoekmachines een bedreiging voor de maatschappij of mensheid? Zouden we vanuit de overheid beperkingen moeten stellen aan de toepassing van deze systemen, vanwege een potentieel gevaar voor de samenleving? Het is op dit moment wellicht te vroeg om daar een stevig standpunt over in te nemen. Wat wel vast staat is dat het de wereld van de “schrijvende mens” wezenlijk zal raken de komende jaren. Immers honderden kranten en bladen zullen veel artikelen automatisch laten schrijven (zoals mijn vraag over intelligentie aan ChatGPT) en er zullen dus duizenden journalisten minder nodig zijn. Het onderwijs systeem zal zwaar geraakt worden als steeds meer leerlingen en studenten deze technieken voor hun werkstukken gaan gebruiken. Iets wat onherroepelijk gaat gebeuren, tenzij onderwijsinstellingen wereldwijd, massaal, dit zouden gaan verbieden, hetgeen in de huidige wereld redelijk ondenkbaar lijkt. Wellicht zal het een aantal ambtelijke functies raken in de overheid of instituties, omdat PR, communicatie of redigerende afdelingen het met minder mensen kunnen doen.
Er is nog een aspect van AI in zoekmachines dat aandacht behoeft. Zoals de wereld nu al wordt getroffen door talrijke vormen van misinformatie of fake news, zo zal de wereld nog meer op zijn kop worden gezet door teksten die qua stijl en redactie afkomstig lijken te zijn van een bepaalde persoon of instelling, maar dus valselijk gegenereerd zijn vanuit een systeem als ChatGPT. De wereld van misinformatie zal door de komst van dit fenomeen ongetwijfeld nog complexer gaan worden. Het fenomeen misinformatie behoeft in het algemeen absoluut aandacht te krijgen vanuit de politiek. Immers heel veel mensen worden in informatiefuiken getrokken respectievelijk bedolven onder onjuiste informatie, worden daardoor gemanipuleerd en dat leidt in steeds meer situaties tot een uitholling van de rechtsstaat en democratie. AI in zoekmachines voegt hier dus nog een extra dimensie aan toe, waar de politiek aandacht aan moet schenken ter bescherming van de burger. Maar op zich is het mogelijke misbruik van AI in zoekmachines niet wezenlijk anders dan andere vormen van misinformatie en zou vanuit dezelfde optiek aangepakt moeten worden.
De vraag is echter, als het blijft bij AI als verfijning van zoekmachines, en daar lijkt het vooralsnog op, of dit fenomeen de maatschappij wezenlijk zal treffen. Zeker lijkt te zijn dat net als bij de komst van de wordprocessor en de zoekmachines een flink aantal functies in de samenleving geraakt zullen worden, verdwijnen of veranderen. Dat zou in het geval van AI in zoekmachines wel eens een veelvoud kunnen worden, van wat wordprocessors en zoekmachines “oude stijl” te weeg hebben gebracht. De vraag is daarom hoe we hier mee om moeten gaan. We kunnen vaststellen dat toen de sociale media kwamen de samenleving dat ook maar gewoon heeft laten gebeuren. Het heeft echter gigantische maatschappelijke gevolgen gehad, die nog steeds na denderen. Eenzelfde constatering geldt voor de komst van cyber valuta. Ook dat heeft een buitengewone grote invloed gekregen op de financiële wereld, met een aanzuigende werking op cyber criminaliteit en gelukszoekers. En het is op dit moment erg moeilijk om de doos van Pandora van zowel sociale media als de crypto valuta weer dicht te krijgen. Misschien is het verstandig deze keer, bij weer een nieuwe baanbrekende technologie, wat minder naïef te zijn. Het lijkt verstandig om, bij voorbaat op internationaal of tenminste op Europees niveau, de effecten van AI in zoeksystemen nauwlettend te gaan monitoren. Het instellen van een internationale monitoring commissie is niet al te kostbaar en zou kunnen helpen om politici en maatschappij komende periode te informeren over wat er allemaal gebeurt. Zou blijken dat er zeer onwenselijke maatschappelijke effecten gaan optreden, dan kan een Europese Commissie, al dan niet in samenspraak met de VS en andere landen, besluiten tot ingrijpen. Wat de komst van AI in zoekmachines in ieder geval duidelijk maakt is dat de digitale technologieën een heftig effect hebben op de samenleving en dat meer aandacht daarvoor vanuit de politiek een goede zaak zou zijn.
Thank you!