Fysiek ergens wonen, maar mentaal ergens anders zijn. In de digitaliserende wereld wordt het steeds gemakkelijker om op de ene plaats te wonen en op de andere plaats – digitaal – te werken. Het wordt ook steeds gemakkelijker om op een willekeurige plaats te wonen en verbonden te blijven met je thuisland en cultuur. Waar het vroeger noodzakelijk was de lokale taal te leren in een ander land – anders kon je je brood niet verdienen noch je werk doen – is het tegenwoordig goed mogelijk om te emigreren naar een ander land en gewoon je eigen taal te blijven spreken te midden van je landgenoten. In alle grote wereldsteden tref je uit vrijwel ieder land immers wel mensen aan.
Waartoe leidt dit ? We leven in een wereld die steeds meer door elkaar geklutst wordt, zonder dat er één homogene nieuwe “vloeibare” cultuur ontstaat. De vloeistof is als het ware nog niet goed gemengd. Waar verschillende culturen vroeger geografisch van elkaar gescheiden waren en elkaar – gezien de grote afstanden – meestal weinig kwaad deden, daar is het nu eenvoudig om als religieuze of extreme groepering wereldwijd digitaal samen te spannen en andere groepen of culturen het leven zuur te maken. Dat verklaart deels het succes van het islamitisch terrorisme. En de vuilspuiterijen, leugens en complottheorieen op sociale media. En de vreemde aanslagen van “lone wolves”. De geklutste wereld is kwetsbaar voor kwaadwillenden. De geklutste wereld maakt het gemakkelijker om je vermeende gelijk te halen door met vrijelijk verkrijgbare wapens aanvallen op onschuldige andersdenkenden te plegen. Of door pertinente leugens te vertellen en daarmee groepen tegen elkaar op te hitsen.
Sociale cohesie verkruimeld. Een effect van de “geklutste” samenleving met digitale groepsvorming is dan ook dat de sociale cohesie in landen en grote steden verkruimeld. Waar men elkaar vroeger nodig had in het werk, de sociale omgeving, dus de taal leerde en integreerde, leven nu allerlei groepen mensen in grote wereldsteden, volkomen langs elkaar heen. Grote steden vervallen zo in tribale leefomgevingen, waar stammen langs maar niet met elkaar leven. Eenzelfde effect ziet men tussen grote steden en platteland. Beide omgevingen hebben een totaal verschillende beleving van de werkelijkheid, zodanig dat men op het platteland overwegend conservatieve en nationalistisch denkende mensen aantreft, terwijl de steden meer progressief en kosmopolitisch zijn.
Digitale transitie van de samenleving. We leven in de overgangstijd van de klassieke wereld, waarbij iedereen opgesloten leefde in zijn eigen land en culturele achtergronden, naar een digitale wereld waarin de mensheid steeds meer zal integreren en versmelten. Waarin steeds meer diensten op wereldschaal beschikbaar komen, zoals van de tech giganten. Waarin nationale grenzen gaan vervagen ten gunste van steeds meer wereldwijde samenwerkingsnetwerken. Wereldwijde arbeidsdeling, migratie, clashes of civilisations, geopolitieke onrust, het hoort allemaal bij deze transitie periode. Naar een digitale wereld met andere sociale structuren, waarover we op dit moment nog geen enkel idee hebben.
Hoe moeten we hiermee omgaan ? Wat zeker niet werkt is wat de populisten proberen te doen: omkijken naar hoe het vroeger was en dat als gewenste toekomst presenteren. Wie vooruit wil komen maar achterom blijft kijken zal slechts ergens tegen aan botsen. Het verleden was helemaal niet zo fraai als wordt verondersteld en bovendien zal terug naar vroeger niet meer gaan. Daarvoor is de verstrengeling tussen duizenden sectoren en organisaties wereldwijd al veel te ver. Grenzen sluiten is geen oplossing. Het houdt noch de digitalisering, noch de globalisering tegen en biedt ook geen oplossing voor de migratiestromen. Waar dit alles op den duur wel toe leidt is een steeds meer egalitaire wereld. Dat is wat met name wringt bij de rijke landen en daarbinnen aan de onderkant van de arbeidsmarkt..
Beweeg mee met de transitie. We moeten daarom aanvaarden dat de mensheid in een transitie periode zit die doorgaat en het enige dat gedaan kan worden is het proces positief begeleiden. Dat betekent dat overheden ruimte moeten scheppen voor het natuurlijke proces van wereldwijde samenwerkingen tussen burgers, wetenschappers en bedrijven. Dat overheden samen moeten werken om de grote problemen van deze tijd aan te pakken. Dat overheden hun wetten moeten aanpassen aan de internationale veranderingen die gaande zijn, hun arbeidsmarkten moeten hervormen en moeten leren verder te kijken dan louter het nationale en korte termijn belang.
Tijd voor nieuwe leiders. We leven voorlopig onherroepelijk in een geklutste wereld, waarin we behoedzaam met tegenstellingen tussen mensen en culturen zullen moeten leren omgaan. We zouden daaruit in ieder geval kunnen leren dat er niet één gelijk bestaat, maar er verschillende oplossingen zijn voor de problemen waar we mee worstelen. Dat het niet “wij” tegen “zij” moet zijn, maar “wij-samen” werkend aan een wereld waar we allemaal kunnen leven in fatsoenlijke omstandigheden in een duurzame omgeving. In die nieuwe wereld is geen plaats voor vijand denkers als Trump. Het wordt tijd voor nieuwe leiders die de nieuwe tijd begrijpen en ons door deze transitiefase heen loodsen, met nieuwe sociale structuren.