Met het boek “De Digitale Uitdaging voor Europa” levert Peter Hagedoorn een belangrijke bijdrage aan de discussie over digitalisering, de noodzaak van mondiale verbinding en nieuwe vormen van bestuur. Het lijdt geen twijfel dat de wereld zich in een belangrijke fase van haar evolutionaire ontwikkeling bevindt. Grote problemen zoals de klimaatverandering en de dreigende overbevolking kunnen niet op het niveau van de natiestaat worden opgelost. Er begint zich een mondiaal bewustzijn te ontwikkelen dat de grote vragen van onze tijd een gemeenschappelijke aanpak en daarmee een nieuw besturingsmodel vergen. De huidige problemen houden zich niet aan landsgrenzen.
Dit geldt ook voor problemen die gerelateerd zijn aan het slimme en dominantie gedrag van de big tech, zoals de privacy van gebruikers en belastingontduiking. Gezien de maatschappelijke ontwrichting die het gevolg kan zijn van de activiteiten van de big tech en van cybercrime is een gecoördineerde inspanning nodig om instrumenten te ontwikkelen die kunnen bijdragen aan oplossingen. Het zijn internationale internetsystemen die helpen dat een pandemie, zoals COVID-19, beter beheersbaar wordt, maar het is ook duidelijk dat draagvlak voor maatregelen in het kader hiervan uiteindelijk gevormd wordt op het niveau van de natiestaat.
De natiestaten leveren de democratische basis voor besluitvorming ook voor maatregelen die op mondiaal niveau moeten worden genomen om de wereld bestuurbaar te maken. Een belangrijke link hierin vormt de Europese Unie, een concept dat het organiserend vermogen van de natiestaat doortrekt naar het hogere Europese niveau en vandaar naar wereldniveau. Ons been moet op mondiaal niveau worden bijgetrokken.
Hoewel dit boek veel aandacht geeft aan de negatieve effecten die het gevolg zij van digitalisering, rijst ook een beeld op van een wereld waarin dankzij digitalisering kansenongelijkheid wordt teruggedrongen. Een wereld waarin de nadruk op materiële zaken afneemt omdat bevrediging van behoeften ook in de virtuele wereld van het internet kan plaatsvinden en mensen zich steeds meer bewust worden dat we met elkaar verbonden zijn. Onderwijs zal breder toegankelijk worden en elke wereldburger zal zich een beeld kunnen vormen van de manieren waarop hij meer grip kan krijgen op zijn eigen leefsituatie. Voor wie de kansen grijpt om de juiste kennis te verwerven zijn er overal op de wereld carrièrekansen zonder dat het noodzakelijk is van woonplek te veranderen, een ontwikkeling die bijdraagt aan een oplossing voor de migratieproblematiek.
Het boek geeft terecht aan dat wanneer de natiestaten over hun grenzen durven heen te kijken en durven samen te werken de huidige problemen hanteerbaar worden en zich een betere nieuwe wereld ontvouwt. Voor wie zich in de vraagstukken van de toekomstige digitaliserende wereld wil verdiepen is dit boek een aanrader.
Noot: Herman Wijffels sloot zijn kleurrijke carrière af als Hoogleraar Duurzaamheid en maatschappelijke verandering. Daarvoor bekleedde hij invloedrijke posities. Onder meer was hij voorzitter van de hoofddirectie van Rabobank Nederland, voorzitter van de Sociaal Economische Raad en bewindvoerder van de Wereldbank.
Bilthoven, maart 2021, Herman Wijffels